Op deze pagina wordt gedurende het programma 'opfriscursus' de informatie gedeeld die tijdens de lessen is behandeld.
Deze pagina blijft tot eind 2025 online.
Techniek
Bij de grip is het belangrijk dat de handen naast elkaar zitten en niet 'op' elkaar. Hierbij zullen de armen en schouders parallel komen met de speelrichting. Daarnaast willen wij de klepel van de klok als swing die te trainen is met de handen tegen elkaar (zonder putter).
Oefeningen
4 foot putts, let goed op de curve / break. Veel ballen worden op deze afstand gemist omdat de recht naar de hole gespeeld worden zonder te kijken naar evt. oneffenheden. Ook korte putts hebben curve.
Rails, kun je de bal over de rails 'rechtdoor' putten?
Spiegel, check jouw set-up. Je ziet hierbij of jouw voorste oog (veelal de linker oog) boven de bal is en meet eens hoe ver je dan van de bal staat, gemiddeld zien we hier een 'voet' tussen bal en tenen.
Lange afstand putts naar een cirkel, hierbij maken we oefenswings waarbij we naar de hole kijken. Dit doen we om het gevoel voor afstand die wij zien te koppelen aan de beweging die wij maken. Gevoel oké? Stap naar de bal en putt.
Techniek
De beginhouding is met chippen essentieel. We hebben een smalle stand waarbij de bal aan de binnenkant van de achterste voet ligt. Let goed op de manier van leunen, druk voor het gevoel de schouder voorbij de voorste voet.
Tijdens de beweging willen we de club (relatief) laag bij de grond houden. Hierbij bewegen de handen nagenoeg horizontaal naar achter en voor. Doelstelling is dat we hierdoor het gras 'vegen'.
Tactiek
Welke balvlucht en rol heb je nodig? Dit kan door middel van visualisatie. Als je een bal zou mogen gooien, zou je dit dan hoog, midden-hoog of laag doen? Koppel hier de club aan. Hoog is een sandwedge, midden-hoog een pitchingwedge of 9 en laag bijvoorbeeld een ijzer 7.
Scorend vermogen
Neem 10 ballen en speel richting een vlag (in ons geval een cirkel). Speel deze 10 ballen eens met een sandwedge, vervolgens 10 ballen met een pitchingwedge en hetzelfde met een ijzer 7. Met welke club presteer je het best? Test als extra ook eens de putter van buiten de green.
Techniek
Pitchen doen wij met de clubs die het woord 'wedge' bevatten, zoals de sandwedge en pitchingwedge.
De balpositie is met pitchen midden tussen de voeten (enkels). Bij deze techniek leunen wij licht op het voorste been en houden het gewicht gedurende de gehele beweging op deze plek. Op de manier bewegen wij 1-assig.
Let op dat je (voor de rechtshandige golfer) de linkerarm lang houdt in de backswing en de rechterarm lang houdt in de doorzwaai.
Afstand bepalen
Kijk eens hoeveel wedges je zelf hebt, de meeste spelers hebben er 2. Hoe meer wedges je hebt, hoe meer verschillende afstanden je in het pakket hebt. We bepalen de lengte van de bal door middel van de zwaailengte die we maken. Hierbij heb ik het over de lengte van de zwaai in de backswing. Train op een kwart, half en driekwart swing waarbij de doorzwaai altijd meer lengte heeft. Op de manier heb je PER wedge 3 verschillende afstanden. Zie de foto's voor de zwaailengtes.
Training op de baan
Speel op iedere hole die je speelt eens een extra bal op voor jou een pitch afstand (30 - 80 meter). Doel 1 is dan om 'alle' ballen op de green te krijgen en doel 2 kan zijn om de bal binnen 10% van de afstand te spelen (30 meter --> 3 meter).
Beginstand: breed staan en gewicht flink op het voorste been (richting 70 / 80%). Houdt dit ook op deze plek.
De skill om te trainen is om herhaalbaar op dezelfde plek het zand in te slaan. Bij voorkeur is de start van de 'plag' midden tussen de voeten en ligt de bal hierbij een centimeter of 3-5 voor (zie foto).
We maken een 'korte' backswing, denk hierbij aan de halve pitch en we maken een vollere doordraai. Ik noem bewust de draai aangezien we het lichaam mee moeten nemen.
Grip
Als je kijkt naar een goede grip, dan willen we de polsen rechts hebben staan. Als je een hand teveel of te weinig op de grip legt zul je zien dan er een verdraaiing van de polsen zichtbaar is. Op moment van het raken van de bal strekken de pols uit. Als je met verdraaide polsen start heeft dit invloed op jouw clubblad stand.
Houding
Sta stevig (schouderbreedte) en hierbij mag je de voorste voet iets naar buiten draaien. Dit maakt het roteren naar de eindstand makkelijker. Dan druk je de knieën naar achter waarbij het bovenlichaam naar voren knikt. Houdt het bovenlichaam in deze hoek en knik dan minimaal de knieën.
Afstand tot de bal
Een punt wat we veel tegenkwamen met de lessen was de afstand tot de bal. Hier zijn veel theorieën over en degene waar wij het over hadden is dat de armen los moeten hangen van het lichaam, maar wel ontspannen.
Rotatie
In een volle swing gaan wij graag naar 90 graden rotatie in de backswing en een zover mogelijke rotatie in de doordraai. Train hier bewust op!
GAS
Een routine in golf is super belangrijk. Ik geloof ik de routine 'GAS' wat staat voor Grip, Aim, Set-up. Dit doen wij ook in deze volgorde, pak eerst de club vast met 2 handen, plaats en mik dan met jouw club bij de bal en zet als laatst jouw lichaam in een prettige set-up.
Houtjes / Driver
Wij hebben hybrides, houtjes en de driver. Hybrides zijn vervangers van de lange ijzers (3, 4, 5, 6) en deze sla je ook alsof het een ijzer is.
Een houtje (3, 5 of 7) kun je goed van de grond spelen. We staan iets verder dan normaal van de bal en swingen daarom wat ronder. Durf bewust op de grond te slaan.
Bij de driver letten we op de hoogte van opteëen. De bal steekt net boven de driver uit. De balpositie ligt in lijn tegen de binnenkant van de voorste voet en de steel (shaft) staat nagenoeg recht. Zorg van een mooie rotatie van het lichaam met als doelstelling dat je de tee wilt raken.